26 februari 2021 is de dag dat mijn boek uitkwam.
De dag waar ik lang naar had uitgekeken.
De dag waarvan ik nooit had durven dromen.
De dag die mijn leven voorgoed veranderde.
Jaren geleden zat ik in de kliniek achter mijn laptop, ik schreef in mijn digitale dagboek.
Dat deed ik iedere dag. Het was een regel die ik mezelf had opgelegd, het was een van de vele dingen die ik moest van mezelf. Ik haalde er geen plezier uit. Wel luchtte het me vaak op. Mijn dagboek was de enige plek waar al mijn emoties en bizarre gedachtes veilig waren. Het werd mijn vlucht. Maar ook mijn redding. Mijn enige plek waar ik écht mezelf mocht zijn en mocht laten zien.
Ik speelde wel eens met de gedachte dat ik ooit iets zou kunnen doen met mijn dagboek. Toch maakte ik nooit concrete plannen om er een boek van te gaan maken. Daar waren al die fragmenten veel te persoonlijk voor. Maar wie weet. Misschien kon ik er ooit wel iets mee. Het was een gedachte die ik altijd in mijn achterhoofd hield.
In 2014 ging ik met ontslag uit de kliniek. Ik bleef nog een tijdje in mijn dagboek schrijven, maar merkte dat het me steeds meer moeite ging kosten. Het was een verplichting. Niet iets dat ik mocht doen, maar iets dat ik moest doen. Dat was dan ook precies waarom het me na een aantal jaar niet meer lukte. Ik voelde me gevangen in de verplichting om iedere dag te moeten schrijven en besloot mezelf meer ruimte te gaan geven. Ik ging alleen nog maar schrijven als ik daar echt de behoefte aan had. Dat werd steeds minder en minder. Schrijven verdween uit mijn systeem. Hoewel ik er altijd veel aan had gehad, werd de behoefte om mijn gedachtes op papier kwijt te kunnen steeds minder. Door de jarenlange verplichting had ik een weerstand opgebouwd waardoor het me meer kostte dan dat het me opleverde.
Totdat ik weer in een ontzettend zware periode terechtkwam. Een periode waarin het logisch voelde om terug te grijpen naar mijn eetstoornis. Om mezelf te verdoven door niet meer te eten. Mijn eetstoornis was voor mij altijd een manier geweest om met gevoelens om te gaan die ik niet kon dragen. Heel even had ik het gevoel dat ik niet met deze gevoelens om kon gaan. Dat ik niet zou kunnen overleven zonder mijn eetstoornis in te zetten. Ik voelde dat ik hem nodig had, maar tegelijkertijd voelde ik dat ik hem helemaal niet nodig had. Ik wilde niet vluchten. Ik wist dat ik dit aan moest gaan. Hoe moeilijk ook. En schrijven zou mij daarbij gaan helpen.
Het was een pijnlijk proces. Mijn emoties durven toe te laten. Mijn gevoelens op papier durven te zetten. Mijn pijn durven te voelen. Door te schrijven kwam ik echter weer dichter tot mezelf. Ik durfde mijn pijnlijke gevoelens aan te kijken en te onderzoeken. Ik durfde weer te gaan leven. Echt te gaan leven. Voor het eerst voelde ik dat ik mezelf niet kapot wilde maken, maar dat ik voor mezelf wilde zorgen. Ik wilde mezelf helen. In plaats van niet te eten, bleef ik wél eten. In plaats van mezelf af te zonderen, zocht ik mensen op. Ik sloeg een nieuwe richting in.
Ik koos niet meer voor mijn eetstoornis. Ik koos voor mezelf. Ik koos voor het leven. Die keuze maakte plaats voor dromen en ideeën. Zo ontstond mijn boek. Mijn boek hielp me om mijn liefdesverdriet te verwerken, maar ook om mijn oude pijn aan te gaan. Misschien zelfs om mijn oude pijn te helen. Alles wat ik had doorleefd, maar ook alles wat ik had geleerd in de afgelopen jaren was ineens tastbaar. Zichtbaar. Daardoor kon ik het ook gaan voelen. Mijn groei. Ik was niet meer wie ik ooit dacht te zijn. Er ontstond ruimte. Ruimte voor mijn nieuwe leven. Ruimte voor mijn nieuwe ik.
Die nieuwe ik wilde zich niet meer verstoppen. Ze wilde zich niet meer schamen. Ze wilde niet meer onzichtbaar zijn. Ze wilde leven. Leven als zichzelf. Niet langer gevormd worden door de verwachtingen van anderen.
Ze besloot zichzelf totaal bloot te geven. Haar grootste angsten aan te kijken. Haar grootste geheimen op tafel te leggen. Ze besloot dat ze anderen wilde inspireren. Dat ze wilde laten zien dat hoe moeilijk het leven ook is, het soms ook verdomde mooi kan zijn. Ze wilde laten zien dat een dieptepunt geen eindpunt hoeft te zijn. Dat er weer ruimte kan ontstaan. Dat er weer liefde kan groeien. Dat je meer kunt dan je denkt… Als je er maar in gaat geloven. Als je je maar niet laat tegenhouden. Niet door anderen. Maar zeker niet door jezelf.
Reactie plaatsen
Reacties