Ik ben bang voor mensen

Gepubliceerd op 8 mei 2023 om 06:30

Ja, het staat er echt. Ik ben bang voor mensen. Vroeger kon ik dit nog veel intenser voelen dan hoe ik het nu voel. Nee, ik ben niet bang voor ieder mens, maar ik ben wel bang voor veel mensen.

 

Waarom? Mensen kunnen me kwetsen. Ze kunnen me pijn doen. Ze kunnen me uitlachen. Mensen kunnen van alles van me vinden. Ze kunnen me beoordelen.

 

Het voelt frustrerend om dit op te schrijven. Beangstigend. Beschamend. Stom. Kan ik niet beter ergens anders over schrijven? Nee, juist dit soort thema’s zijn het meest belangrijk. 

 

Naar mijn idee zouden we eens wat meer mogen praten over alle bizarre gedachtes. Alle bizarre angsten. Alle onzekerheden. Waarom doen we constant ons best om die zo diep mogelijk te verbergen? Zijn we niet allemaal een klein beetje bang voor mensen? Voor contact? Voor afwijzing?

 

Misschien is dat het ook wel. Ik ben niet bang voor mensen, maar voor afwijzing. Voor pijn. Dat is waarom ik het constant uit de weg wil gaan. Mezelf in veiligheid wil brengen.

 

Soms voelt het verlammend om met anderen te praten. Om in een groep met mensen iets te moeten zeggen. Alsof ik dan niet meer aanwezig kan blijven in het moment. Ik verdwijn weg van mezelf, weg van het hier en nu. Mijn gedachtes zijn terechtgekomen in een oude werkelijkheid. In een oude angst. Projecties uit het verleden. Ik lijk er niet uit te kunnen ontsnappen. Het lukt me niet om te spreken. Ik word de grond in geduwd door mijn eigen destructieve woorden. Ze galmen door mijn hoofd en houden me in hun greep. Ze knijpen mijn keel dicht. Ik wil weg. Ik wil vluchten. Maar het kan niet. Ik kan niet eens bewegen. 

 

Ineens lukt het. Dwars door alle angsten heen spreek ik een aantal woorden uit. De destructieve woorden galmen daarna nog harder door mijn hoofd. Ik kan er niet langer meer bij blijven. Wijs mezelf af. Omdat ik niet weg kan, besluit ik in stilte te verdwijnen. Te zwijgen. Totdat iemand me weer terug roept naar de realiteit van dit moment.

 

Ik schrik. Er wordt me wederom een vraag gesteld, waarop ik het antwoord nog niet weet. Ik heb tijd nodig, maar die tijd is er niet. Alle ogen zijn op mij gericht. Ik mag niet falen. Ik ben zo verdomde bang. Bang om iets te zeggen. Ik voel weer dat ik wil vluchten, maar mijn voeten lijken aan de grond te zijn genageld. Waarom kan ik dit niet? Zo ingewikkeld kan het toch niet zijn? Het frustreert me. De angst. Angst om niet goed te zijn. Angst om gekwetst te kunnen worden. Ik spreek, maar ik voel dat ik er niet ben. Dat ik hier niet wil zijn. Dat ik veilig wil zijn. Dat ik niet wil spreken…

 

Soms zou ik willen dat niemand me meer een vraag zou stellen. Zodat ik voor altijd veilig zou zijn. Ik zou eeuwig willen verdwijnen. Maar misschien is dat eigenlijk helemaal niet wat ik wil. Ik zou veiligheid willen kunnen ervaren in het contact in een groep. Ik zou willen dat ik niet zou hoeven te verdwijnen. 

 

Heel soms lukt het me om er te zijn. Om aanwezig te kunnen zijn in de kwetsbaarheid. Om mezelf te laten raken. Om mijn onzekerheid op tafel te leggen. Het is verdomde eng. Mensen. Contact. Emoties. Gevoelens. Maar het is nog veel enger om dat allemaal uit de weg te gaan. Om niet meer te voelen. Geen emoties meer te tonen. Niet meer in contact te staan. Dus probeer ik er te zijn. In mijn angst. In mijn geraaktheid. Probeer ik niet te verdwijnen. Niet te vluchten. En als ik het nodig heb, kan ik juist ook accepteren dat ik mag vluchten. Dat het eng mag zijn. Dat ik niet altijd hoef deel te nemen. Dat ik mijn veilige bubbel mag opzoeken en dat ik mezelf tijd mag geven.

 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.